Is er hoop voor de klassieke journalist?

Mediamakers wacht een onrustige en onzekere toekomst.

Sinds de uitgave van de eerste gedrukte krant (naar ik meen was dat in 1605 in Antwerpen) is er gedurende honderden jaren niets wezenlijks veranderd. Nieuws kwam steeds sneller binnen dankzij moderne telecommunicatie, maar de journalist bleeft zijn stukjes schrijven, interviewtjes houden en research doen. Wat de afgelopen decennia wel veranderde was de inhoud van de journalistiek.

De intrede van internet 2.0 betekent het einde der tijden voor klassieke journalisten. De luiheid bij de gedrukte kranten en de nieuwe burgerjournalist maakt ze overbodig.

Moderne journalisten zijn lui – ze wachten met de voeten op het
bureau tot het nieuws binnenkomt. Moest je in het verleden nog iets presteren om de krant te halen,
tegenwoordig is het roepen van haatzaaiende retoriek al genoeg voor de
voorpagina. Kwaliteit doet er niet meer toe; exposure is het toverwoord. Hoe meer mensen iets willen zien of lezen, hoe belangrijker de boodschap lijkt. Vergelijk dit met kinderen die kunnen kiezen tussen snoep en broccoli. Ze kiezen elke dag snoep, maar worden een stuk gezonder van broccoli.

Sinds kort is er zoiets als Internet 2.0. Een min of meer lege marketingterm die op veel verschillende manieren geïnterpreteerd wordt. In de kern komt het erop neer dat bij Internet 1.0 de internetter nog informatie zocht die dus gemaakt werd door professionele mediamakers. Bij 2.0 levert de internetter ook informatie. Filmpjes, blogs, Twitters, etc. Internet 1.0 verbond burgers met mediamakers, Internet 2.0 maakt van burgers mediamakers.

Nu elke wereldburger zelf dus media kan maken en gratis verspreiden en de moderne journalist wacht tot het nieuws zich in de e-mailbox aandient, wat onderscheidt de klassieke journalist dan nog van elke andere burger?

Internet 2.0 maakt mij dus onrustig. Ik heb het gevoel ergens de boot te missen. Moet ik nog wel op zoek naar nieuws, moet ik nog research doen? Kan ik niet net zo goed mijn blogje vullen met hyperlinks naar artikelen die al door vlijtige burgerjournalisten in elkaar zijn gezet? Kwaliteit is immers geen criterium meer.

Troostende woorden krijg ik terug van bijvoorbeeld mijn lief of mijn uitgever:"Je voegt jaren van ervaring toe aan het nieuws… Je geeft commentaar vanuit kennis en ervaring, niet vanuit vooroordelen. Je maakt columns over het nieuws, dat is meer dan het nieuws doorvertellen." Dat soort mooie en opbeurende woorden hoor ik graag, maar ze zijn weinig waard.

Een HBO-geschoolde kennis kwam onlangs met een krantenstukje bij me – een column uit Het Parool – een kwaliteitskrant. Verbolgen liet ze me het stukje lezen en zei toen: "Dat stukje klopt toch niet, het is niet waar wat er staat." Ik moest uitleggen dat lang niet alles  wat in kranten staat waar is en dat met name columns per definitie flauwekul zijn.

Ik zou dus mijn onderscheid ten opzichte van de burgerjournalist moeten vinden in de betere flauwekul. Kwaliteitsflauwekul, zeg maar. Voldoet dit stukje een beetje?

Lees ook:Het feit is dood, leve web 2
Lees ook:Praktische neo-journalistiek
Lees ook:De burgerjournalist krijgt een lollie
Lees ook:Wie mag zich nu journalist noemen?
Lees ook:Plastic apparaatjes

1 Reacties // Reageer

One thought on “Is er hoop voor de klassieke journalist?

  1. Don

    Nee, dat doet het niet

      /   Reply  / 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>